Zelfportret

mijn ziel woont in een glazen huis

met uitzicht op de wereld

daar volgt zij door haar dak

de loop der sterren

het komen en gaan van de wind

doet vogels kwetteren in haar oren

 

van op haar hoge berg van uitgelezen weten

leest zij de schepping door kristallen ogen

als luchtballonnen

spiegelbeelden

zeepbellen

 

binnenskamers bespeelt zij

het speelgoed van de dwazen

knopen

knoken

nesten

verroeste relikwieën

van dichters

denkers

scheppers

schilders en profeten

van edelsmeden

beeldhouwers

estheten

 

hoe kraakt in mijn hoofd

het ei van de verbeelding

tot glasbreuk toe

 

beenderen en kunst

is al wat overblijft

 

 

Janine Verdonckt, née Ringoir